LSG 4 – ASC 1

Afgelopen zaterdag vertrokken we iets voor half twaalf naar Leiden om de tweede uitwedstrijd op rij tegen het vierde team van LSG te spelen. De score werd geopend door Paul. Met wit op bord 5 speelde hij een pretentieloze zijvariant om theoretische hoofdvarianten te vermijden.  Toen hij echter in het begin van het middenspel enkele gratis tempi kreeg om zijn stukken goed te zetten, kon hij toch een gevaarlijke koningsaanval opzetten die spoedig tot mat leidde. 

Sander met zwart op bord 8 bracht de tussenstand op 2-0 voor ons. Nadat zijn tegenstander in het middenspel een tussenzet van Sander over het hoofd zag en zo een cruciale centrumpion verloor, volgde spoedig meer materiaal en niet veel later de winst voor Sander.

 

In welke volgorde de volgende hele en halve punten voor ons binnenkwamen weet ik niet helemaal zeker, omdat ik zelf in die fase in behoorlijke tijdnood zat en daarom vooral gefocust op mijn eigen  partij. Ik vermoed dat Eric als een van de eersten klaar was. In het middenspel met zware stukken

stond Eric beter omdat zijn tegenstander een kwetsbaar centrum had en bovendien een koning die op de damevleugel niet echt veilig stond. Wellicht niet geheel nodig stond Eric zijn tegenstander echter tegenspel via de open f-lijn toe en ik hoorde Eric op een gegeven moment remise aanbieden toen er een zetherhaling in zat. Zijn tegenstander weigerde echter het remise-aanbod wellicht met het oog op de tussenstand en moest als consequentie dus ook de zetherhaling vermijden. Dit leek me niet zo verstandig en later bleek Eric inderdaad alsnog de partij gewonnen te hebben. Ook Clement had zijn partij gewonnen. In zijn partij was er een ingewikkeld middenspel waarin vooral zijn tegenstander erg veel tijd gebruikte en in razende tijdnood kwam. Clement liet wel een combinatoe toe waarmee zijn tegenstander een kwaliteit won. Clement had toen wellicht even een  objectief verloren stelling, maar praktisch gezien was de situatie nog steeds gunstig voor hem omdat de tijdnoodfase nog lang niet voorbij was en bovendien de stelling nog steeds ingewikkeld. Zijn tegenstander begon vanaf dat moment dan ook fouten te maken en even later stond Clement  gewonnen wat hij niet veel later verzilverde.

 

Ondertussen wist LSG toch ook enkele halve puntjes te sprokkelen waaraan Dinard met wit op bord 1 niet geheel volgens plan had meegewerkt. Zijn tegenstander had hem al op de derde zet verrast met een ongebruikelijke zet die hij (zo zei hij achteraf) nooit goed bestudeerd had, maar zijn tegenstander duidelijk wel. Hij koos aanvankelijk voor de meest solide uitziende voortzetting die een open centrum met snelle ontwikkeling gaf. Een paar zetten later zag hij in dat na nog enkele voor de hand liggende ontwikkelingszetten beiden kort zouden rokeren waarna een saaie vrijwel symmetrische stelling zou onstaan die moeilijk te winnen zou zijn. Om in plaats daarvan de stelling te compliceren koos hij ervoor op de damevleugel de dame van zijn tegenstander in het nauw te brengen, maar dit ging ten koste van de ontwikkeling van zijn koningsvleugel. Zijn tegenstander reageerde sterk op dit agressieve plan en na (te) lang nadenken zag hij in dat een enigszins dubieus pionoffer noodzakelijk was om normaal zijn ontwikkeling te kunnen voltooien. Toen zijn tegenstander een paar zetten later de pion iets te gemakkelijk terugofferde, stond hij wat stelling betreft wel weer ok, maar ondertussen was er wel tijddruk omdat er nog meer dan 20 zetten in minder dan een kwartier moest worden gespeeld. Toch wist hij in de daaropvolgende fase langzamerhand in het voordeel te komen totdat hij in echte tijdnood (minder dan 3 minuten) een kwaliteit dacht te winnen, maar onvoldoende tijd had om de variant goed te kunnen doorrekenen. Helaas had zijn tegenstander toen een tegencombinatie die een pion won en zijn meest actieve stukken wist af te ruilen. Vervolgens bood hij meteen remise aan. Dinard zag dat bij doorspelen geforceerd een toreneindspel zou ontstaan met pluspion voor zijn tegenstander. Het toreneindspel zou voor hem wellicht nog wel remise te houden zijn, maar normaal niet meer te winnen. Omdat bovendien de tussenstand al voordelig voor ons was, twijfelde Dinard niet lang voordat hij remise accepteerde.

De laatste partij die voor de eerste tijdcontrole beslist werd was die van Wouter Dambrink die met wit op bord 7 speelde. Toen mijn eigen partij afgelopen was, bleek ook deze partij remise te zijn geworden. Uitgaande van het weinige wat ik van die partij heb kunnen volgen lijkt me dat wel een normale uitslag. De tussenstand was ondertussen 5-1 voor ons en de matchpunten al binnen.

 

De partijen die na de tijdcontrole nog bezig waren die van Norbert met wit op bord 3 en die van Wouter Hennink met zwart op bord 6. Dat de partij van Norbert nog bezig was, was eigenlijk een klein wonder. Na de opening stond er een   lastige stelling op het bord waarin Norbert een schijnoffer van zijn tegenstander toeliet. Vermoedelijk zal Norbert ergens behoorlijk slecht gestaan hebben. Bovendien kwam hij in razende tijdnood waarbij hij nog vele zetten in zeer weinig tijd moest doen. Daarbij was er ook nog een incident met de klok die niet functioneerde zoals het hoort zodat de wedstrijdleider moest ingrijpen. Wellicht heeft de gedwongen pauze Norbert geholpen om zonder blunders de tijdcontrole te halen, waarna een eindspel met min of meer gelijke kansen overbleef. Norbert heeft nog een goede poging gedaan het eindspel alsnog te winnen, maar moest uiteindelijk toch in remsie berusten.

 

Als allerlaatste was Wouter nog bezig. Nadat zijn tegenstander voor een langzame openingsopzet had gekozen was deze partij rustig voortgekabbeld totdat zijn tegenstander ineens op de veertigste zet een actieve, maar niet zo verstandige zet deed. Mede daardoor kwam er een toreneindspel op het bord met maar liefst drie pluspionnen voor Wouter, maar toch was het niet heel makkelijk te winnen omdat zijn pionnen zwak waren en nog ver verwijderd van de overkant. Na lang nadenken vond Wouter toch een goed winstplan. Hij liet zijn tegenstander twee zwakke pionnen terugwinnen, maar daardoor kon Wouter de juiste twee pionnen behouden en er vervolgens mee doorlopen zodat zijn tegenstander altijd zijn toren moest geven om promotie te voorkomen. Winst voor Wouter dus en een 6 1/2 – 1 1/2 eindstand in het voordeel van ASC!

Reacties zijn gesloten.